woensdag 12 februari 2014

Vuur: het juryrapport

De organisatie van de Paul Harland Prijs bezorgde vandaag alle 206 deelnemers een uitgebreid juryrapport, in totaal 368 bladzijden dik. Wat een prestatie!

Ik werk er aan om mijn verhaal hier zo snel mogelijk ter beschikking te stellen - geef me nog een paar dagen. Alvast (een greep uit) de jurycommentaren over 'Vuur'. Alert: bevat enkele spoilers.

Floris Kleijne:
'De liefdesbaby van X-Men en Dickens, geplaatst in Nederland. Een jongen met de gave van het vuur wordt vroeg in de 20e eeuw door zijn hardvochtige moeder in een nonnenweeshuis gedumpt. Daar sluit hij vriendschap met zijn tegenpool: een meisje met de gave van water. Terwijl ik dit las had ik moeite los te komen van de vergelijking met het bijna identieke verhaal dat ook in deze PHP zit. De overeenkomsten zijn zo opvallend dat het bijna wel om dezelfde schrijver moet gaan, of over twee bevriende schrijvers die ideeën hebben uitgewisseld. Maar daarom niet getreurd! Toen ik de vergelijking met dat andere (uitstekende) verhaal eenmaal had afgeschud, werd al gauw duidelijk dat ook dit een puike vertelling is. Je uiteindelijke positie in de ranglijst lijdt vooral onder het grote aantal verhalen dat nóg beter is.'

Christien Boomsma:
'Dit verhaal is prachtig geschreven. Sfeervol, indringend en creatief. Natuurlijk, er zijn heel veel van dit soort X-men-achtige verhalen, maar deze geeft een mooie draai aan het bekende thema.
De auteur focust mooi op een kind dat wanhopig naar de liefde van zijn moeder verlangt en ondanks de woede alleen maar geliefd wil worden. De na-oorlogse setting en het door wrede nonnen geleide weeshuis geeft een een extra grimmig tintje.
Taalgebruik is vloeiend, origineel en heeft een zinderende spanning. Ook wel wat minpuntjes trouwens – soms weet de auteur niet wanneer hij moet stoppen en herhaalt hij een goede zin – de beginzin bijvoorbeeld – zo vaak dat hij zijn kracht verliest.
Thematiek en plot zijn niet heel origineel. De hoeveelheid kleine X-men die ineens overal opduiken, lijkt niet heel waarschijnlijk. Het feit dat Tobias en Amber elkaar zo makkelijk vinden en er een profeet in de kelder zit, ook niet. Toch is het een fijn verhaal om te lezen. Vloeiend en intelligent!'

Peter Schaap:
'Dit is duidelijk een horrorverhaal van de goede soort. De horror is niet expliciet opgekweekt als inhoud. De inhoud is de liefdeloosheid van de omgeving. Driedimensionaal door de jongen ondergaan en beleefd. Wel zijn de nonnen en de pastoor nogal cliché. En persoonlijk kan ik mij niet goed voorstellen wat dat groeiende leger van talentvollen eigenlijk wil bereiken, behalve vernietiging. Maar verder een goed verhaal, goed verteld.'

Lisette Jonkman:
Pluspunten:
'Het verhaal over een beschadigde jongen die door zijn zuipende moeder bij een weeshuis wordt afgeleverd wordt goed neergezet. Een goed achtergrondverhaal is het halve werk en daar schort het niet aan in dit verhaal.'
Verbeterpunten:
'Dit verhaal doet me denken aan een heleboel andere verhalen die exact op dezelfde manier werken: hoofdpersoon kan iets wat niemand anders kan, maar dan komt hij één iemand tegen die ook een speciale gave heeft - en ineens is hij omringd door mensen met een speciale gave. Een beetje het Heroes-effect, dus. Vaak zitten er in het verhaal onnodige toevoegingen om zaken die al duidelijk waren nog meer te verduidelijken voor de lezer. Van dat soort extra's wordt het verhaal wollig. Voorbeeld: 'Ze had hoge jukbeenderen, een smal gezicht en helblauwe ogen waarin hij kon verdrinken. Hij wist niet dat meisjes
zo mooi konden zijn.' Ten slotte: het jongetje dat in de kelder was opgesloten zou ik proberen iets geloofwaardiger te maken. Bijvoorbeeld door hem een eigen kamer te geven. De nonnen moeten hem toch eten geven? Waarom moet Amber hem drinken geven?'

Tais Teng:
'Een mooi Vlaams (klopt dat?) aandoend verhaal over kinderen met bijzondere gaven en verderfelijke nonnen. Dit is precies de juiste verteltoon voor landelijke horror.'

Thomas Olde Heuvelt:
'Erg sterk verhaal, vol mooie zinnen, beelden en schrijfkunde. Je schetst een paar ijzersterke gruwelbeelden: de jongen met de uitgelepelde ogen, of de dichtgeschroeide vagina... chapeau! Dat is ware horror, terwijl het verhaal zelf niet echt de spanning heeft van een horrorverhaal. Maar dat heeft het ook niet nodig: het is van begin tot eind boeiend. Ook de vrouwelijke pedofiele non vind ik erg sterk. Wat ik je zou willen meegeven, is dat het sterker zou zijn als je de eigenaardigheid van Tobias in het begin laat zien in gebeurtenissen, in plaats van letterlijk beschrijft. Die neiging heb je vaker en het devies is: show, don’t tell. Een ander punt is dat je kinderen soms wel erg volwassen praten (boet in op geloofwaardigheid), en dat ik hóópte dat de uitgelepelde ogen van de blinde Pip nog terug zouden komen in het verhaal met hun death stare... dat zou creepy zijn geweest! Maar los daarvan: puik verhaal, een van mijn favorieten!'

Haljnalka Bata, talentselecteur Uitgeverij Meulenhoff Boekerij:
'Ondanks het twijfelende begin en de trage vertelling is dit een erg mooi verhaal rondom een bijzondere gedachte. De formele zinnen zouden soms beter uitgewerkt moeten worden en mogen af en toe wel korter. Qua thematiek sluit het goed aan bij de hoos aan superheldenverhalen die zowel in boekvorm, als in tv-serie of film de laatste paar jaar uitermate populair zijn. Doordat de emoties voornamelijk primair zijn zal het zeker een jong publiek aanspreken.'

Geen opmerkingen:

Een reactie posten